
Hoe vind je een woonvorm die bij jou past? Vink daarvoor je kenmerken en wensen aan. Bijvoorbeeld je leeftijd, locatie en ontwikkelingsniveau. Hoe meer je aanvinkt, hoe gerichter je zoekt in het aanbod.
Hoe vind je een woonvorm die bij jou past? Vink daarvoor je kenmerken en wensen aan. Bijvoorbeeld je leeftijd, locatie en ontwikkelingsniveau. Hoe meer je aanvinkt, hoe gerichter je zoekt in het aanbod.
Tip: gebruik de filters in het linkermenu om passende hulp te vinden.
1 t/m 12 van 12 resultaten
In een fasehuis kun je wonen als je niet meer bij familie of in een GGZ-instelling kunt of wilt wonen, maar je nog wel intensieve hulp nodig hebt. In het fasehuis leer je alles wat nodig is om zelfstandig te gaan wonen. Je krijgt hier meer hulp dan bij kamertraining, woonbegeleiding of bij beschermd wonen.
Fasehuizen staan meestal in een gewone woonwijk. Je woont er samen met een aantal leeftijdsgenoten. Iedereen heeft taken in huis, zoals schoonmaken, boodschappen doen en de was doen. Je hebt een eigen slaapkamer en deelt de woonkamer, keuken, douche en toilet met anderen.
Er zijn fasehuizen voor jongeren (vaak vanaf 16 jaar), jongvolwassenen en volwassenen.
In een fasehuis leer je met begeleiding om stap voor stap zelfstandig te worden. Er zijn fasehuizen met begeleiding door een team van pedagogisch medewerkers en fasehuizen met begeleiding door een in- of naastwonend mentor.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor deze vorm van ondersteuning. Je kunt bij je eigen gemeente navragen wat de mogelijkheden zijn.
Enkele GGZ-instellingen zijn gedeeltelijk of volledig gespecialiseerd in de behandeling van kinderen en jongeren met autisme. Vaak is daar ook een opname mogelijk (tijdelijk in de instelling wonen). Voorbeeld van een volledig gespecialiseerde instelling is het Dr. Leo Kannerhuis.
In de kliniek krijgen kinderen in een leefgroep 24-uurs behandeling. Onderwijs maakt deel uit van het dagprogramma, daarnaast zijn er allerlei therapieƫn beschikbaar. De behandeling is er op gericht dat het kind weer terug naar het gezin kan.
De kinderen of jongeren wonen In kleine leefgroepen/behandelgroepen. Zij krijgen klinische behandeling in en buiten de groep. Ook school en thuis worden actief betrokken bij het traject.
Aanmelden kan via de huisarts, ggz-instelling of de gemeente. Een indicatie is nodig. Vaak zijn er (lange) wachttijden voordat plaatsing mogelijk is.
Veel GGZ-instellingen bieden de mogelijkheid voor verblijf met behandeling. Je woont dan tijdelijk in de GGZ-instelling en krijgt daar behandeling en begeleiding.
Het doel is om weer naar huis terug te gaan, eventueel met ambulante behandeling en begeleiding (op afspraak). Ook doorstromen naar beschermd wonen is een mogelijkheid.
Een gezinshuis is bedoeld voor kinderen en jongeren. Het zit tussen het wonen in een instelling en een pleeggezin in. Gezinshuizen staan meestal in een gewone wijk. Je krijgt er vaste opvoeders: de gezinshuisouders. Vaak zijn er meer kinderen in huis; andere gezinshuiskinderen of de biologische kinderen van de gezinsouders.
Gezinshuisouders zijn in dienst van een zorgaanbieder en hebben een opvoedkundige opleiding. Zij helpen je bepaalde vaardigheden te ontwikkelen, bijvoorbeeld op het gebied van wonen, school, omgang met leeftijdgenoten en het omgaan met emoties. Je kunt een maand tot een paar jaar in een gezinshuis wonen.
Een gezinshuis kan geschikt zijn als je:
Je eigen ouders krijgen ook begeleiding. Bijvoorbeeld om hoe ze goed contact met jou en de gezinshuisouders kunnen houden. Ook zullen ze werken aan de doelen die Bureau Jeugdzorg heeft geformuleerd.
Voor een plek in een gezinshuis heb je een indicatie nodig van de gemeente. De gemeente waar je ingeschreven staat kan hierover meer informatie geven.
Een instelling voor mensen met een verstandelijke beperking is een woonvorm op een groot terrein, speciaal ingericht voor mensen met een verstandelijke beperking die niet thuis of zelfstandig kunnen wonen. Vaak zijn er aparte groepen voor mensen met een combinatie van een verstandelijke beperking en autisme.
De bewoners wonen in groepen. Je krijgt een eigen slaapkamer en deelt de woonkamer, keuken, douches, toiletten. De instelling biedt dagopvang en een activiteitencentrum. Maar als je naar school kunt of werk hebt, is dat ook mogelijk.
Bij de instelling zijn veel professionele zorgverleners betrokken, zoals een (huis)arts, fysiotherapeut, ergotherapeut, speltherapeut, maatschappelijk werker, orthopedagoog, diƫtist, gedragstherapeut en activiteitenbegeleider.
Verder kun je hulp krijgen op alle gebieden van het dagelijks leven, zoals je persoonlijke verzorging, eten en drinken, omgaan met geld, omgaan met andere mensen, enzovoort.
Je hebt een indicatie nodig voor verblijf in een zorginstelling van het Centrum indicatiestelling zorg.
Voor meer informatie en advies over deze woonvorm kun je terecht bij de MEE in je regio.
Op Zorgkaart Nederland vind je adressen van instellingen voor verstandelijk gehandicapten. Je kunt hier ook zien wat andere mensen van de instellingen vinden.
Met kamertraining leer je om zelfstandig te wonen en mee te doen in de samenleving. Je woont met andere jongeren in een pand van een zorgaanbieder. Bij kamertraining is de begeleiding intensiever dan bij woonbegeleiding.
Iedereen heeft een eigen kamer en je gebruikt samen de keuken, wc en badkamer. Je krijgt een mentor met wie je een plan maakt om stap voor stap te werken aan zelfstandig kunnen wonen.
Je leert praktische en sociale vaardigheden, bijvoorbeeld hoe je het huishouden doet, met geld omgaat en vrije tijd invult met leuke en gezonde activiteiten. Overdag ga je naar school of naar je werk.
Kamertraining is bedoeld voor jongeren:
Voor kamertraining heb je een indicatie nodig van de gemeente. De gemeente waar je ingeschreven staat kan meer informatie geven over de aanvraag van kamertraining.
Een mantelzorgwoning is een aangepaste woning die naast de woning van je ouders geplaatst wordt. Hiervoor bestaan kant-en-klare chalets.
Voor de woning is een ruime tuin nodig die een stuk groter is dan de oppervlakte van de te plaatsen woning. Sinds 1 november 2014 is geen vergunning van de gemeente meer nodig als de woning voldoet aan bepaalde eisen. Meer informatie vind je op de website mantelzorg.nl.
In een kleinschalig wooninitiatief koop of huur je zelf woonruimte. Samen met andere mensen die langdurige zorg nodig hebben regel je de zorg, eventueel met hulp van familie. Iedereen heeft een persoonsgebonden budget (pgb), al dan niet aangevuld met zorg in natura.
Er zijn ook zorginstellingen die kleinschalige woonprojecten aanbieden. Je huurt dan een woonruimte van de zorgaanbieder en regelt je zorg zelf via een pgb, eventueel in combinatie met zorg in natura.
Op de Kennisbank Wooninitiatieven (Nederlandse Vereniging voor Autisme) vind je meer informatie.
Leefgroepen zijn onderdeel van een instelling voor jeugdzorg of GGZ. Kinderen en jongeren wonen er tijdelijk om de ouders een tijdje te ontlasten of om uithuisplaatsing te voorkomen.
In de meeste leefgroepen wonen kinderen of jongeren de hele week. In het weekend gaan ze naar huis. Hoe lang je in de leefgroep blijft hangt af van de ondersteuning die je nodig hebt. Je hebt een eigen (slaap)kamer en er is een huiskamer en een keuken, waar je samen met andere kinderen eet. Een leefgroep kan gemengd zijn of jongens en meisjes apart. Een leefgroep vind je op het terrein van een instelling of in een gewoon huis.
Sommige groepen zijn voor jonge kinderen, andere voor kinderen tot achttien jaar. Bij een enkele groep zitten alle leeftijden door elkaar. Er zijn speciale leefgroepen die bedoeld zijn voor kinderen met autisme al dan niet met een verstandelijke handicap.
Het dagelijks leven in een leefgroep heeft een vaste structuur. Er zijn duidelijke regels en je kunt intensieve begeleiding krijgen. Vaak is ook therapie mogelijk.
Je hebt een indicatie nodig van je gemeente, je huisarts of eventueel een psychiater.
De gemeente is verantwoordelijk voor deze vorm van jeugdhulp.
Een pleeggezin neemt voor korte of langere tijd een kind op dat niet thuis kan wonen. De pleegouders in het pleeggezin worden hiervoor begeleid door een instelling voor pleegzorg. De ouders van het pleegkind worden bij de hulpverlening betrokken.
Voor een plaatsing van een pleegkind bij pleegouders is een indicatie van Bureau Jeugdzorg vereist. Pleegouders hebben dan recht op begeleiding en een onkostenvergoeding.
Pleegzorgtraject (informatie van het Nederlands Jeugd Instituut)
(Pleeg) kinderen en vreemd gedrag!? Martine F. Delfos (red.), Nelleke Visscher
In dit boek worden verschillende gedragsproblemen, waaronder autisme, beschreven en in de context geplaatst van het pleegkind. Naast het verhaal van de deskundige is er het verhaal van een (pleeg)ouder over het betreffende onderwerp. Daardoor ontstaat een genuanceerd beeld van verschillende problemen en hun impact op (pleeg)gezinnen.
In een woonvoorziening kun je samen wonen met andere mensen met een verstandelijke beperking, eventueel in combinatie met autisme. Je krijgt hulp van vaste begeleiders. Overdag kun je bijvoorbeeld werken, naar school gaan of naar de dagbesteding gaan. Je hebt een aantal taken in huis, zoals boodschappen doen, kamer opruimen en helpen bij het koken. Verder zijn er groepsactiviteiten.
Er zijn veel verschillende namen voor deze vorm van wonen, zoals gezinsvervangend tehuis, sociowoning, wooncentrum, woonlocatie of woonhuis.
Deze vorm van wonen lijkt op een kleinschalig wooninitiatief. Het is verschil is dat een woonvoorziening is opgezet door een zorgaanbieder, en een woonproject door jezelf of je ouders.
Je moet 18 jaar of ouder zijn. Er zijn woonvoorzieningen voor mensen met meervoudige beperkingen. In sommige woonvoorzieningen is dag en nacht hulp aanwezig, in andere maar beperkt.
Om in een woonvoorziening te wonen heb je een indicatie nodig van het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ). Je ouders, begeleider of huisarts kan je zo nodig helpen of de indicatie voor je aanvragen.
De MEE in je regio kan je informatie en advies geven over deze woonvorm.
Op Zorgkaart Nederland staan adressen voor woonvoorzieningen voor mensen met een verstandelijke beperking. Je kunt hier niet selecteren op de combinatie met autisme. Je kunt bij de woonvoorziening van je voorkeur navragen of de woonvoorziening geschikt is voor mensen met een combinatie van autisme en een verstandelijke beperking.
Een woonwerkgemeenschap is een plek waar mensen wonen en werken. Een bekende woonwerkgemeenschap voor mensen met autisme is Workhome van het Leo Kannerhuis. Dat is een omgeving met veel rust, structuur en de mogelijkheid om te wonen, werken en begeleiding te krijgen. Op verschillende plaatsen in het land bestaan woonwerkgemeenschappen voor mensen met autisme en/of andere diagnoses. De MEE in je regio kan je hierover meer vertellen.